>>Den Haag

Rechtbank Den Haag

De rechtbank Den Haag is eind 2017 gestart met Mediation in Insolventiezaken. Hierbij  is nadrukkelijk gekozen om ook actieve curatoren uit het Haagse arrondissement op de lijst van mediators te zetten. Op die manier kan worden onderzocht of partijen juist wel of niet een actieve curator als mediator willen en of het zijn van curator een meerwaarde heeft voor de mediations in deze specifieke materie. De beperking is vanzelfsprekend wel dat deze curatoren-mediators geen zaken van kantoorgenoten mediaten.

Uitgangspunten

Soort zaken
Mediation kan worden ingezet in insolventiezaken indien dit kan leiden tot een snellere, goedkopere en/of meer bevredigende uitkomst dan het voeren of voortzetten van een procedure. In beginsel worden onder insolventiezaken faillissementen verstaan. In concrete gevallen kan echter ook in surseances van betaling of in schuldsaneringsregelingen mediation worden toegepast.

Ook bij geschillen die via de procedure als bedoeld in artikel 69 van de Faillissementswet zijn ingezet kan mediation worden gebruikt.

Verder kan mediation worden ingezet bij verzoeken tot faillietverklaring. Doorverwijzing zal dan gebeuren op of naar aanleiding van de faillissementszitting. Hoewel er strikt genomen nog geen insolventiezaak is, worden geschillen die samenhangen met verzoeken tot faillietverklaring – vanwege de vergelijkbare materie – ook onder het bereik van deze pilot gebracht.

Initiatief voor deelname aan mediation – toestemming
Elke partij bij een geschil in een insolventiezaak kan het initiatief nemen om mediation voor te stellen. Ook de rechter-commissaris kan een dergelijk voorstel doen. Indien het initiatief wordt genomen door de curator zal deze in de regel eerst contact opnemen met de rechter-commissaris. Voor het inzetten van mediation heeft de curator de toestemming van de rechter-commissaris nodig (art. 6.9.c. Recofa-richtlijnen).

Vrijwilligheid
Deelname aan mediation in insolventiezaken geschiedt op basis van vrijwilligheid.

Vertrouwelijkheid
Hetgeen in mediation tussen partijen wordt besproken is vertrouwelijk en kan niet later aan de andere partij worden tegengeworpen. Partijen komen dit overeen in en leggen deze afspraak vast door het opnemen van de geheimhoudingsbepaling in de mediationovereenkomst. In insolventiezaken geldt daarbij een uitzondering voor de rechter-commissaris, die bijvoorbeeld een uiteindelijke vaststellingsovereenkomst tussen partijen moet goedkeuren. In de mediation overeenkomsten voor mediation in insolventiezaken wordt in dit verband een bepaling opgenomen waaruit duidelijk wordt dat de geheimhouding niet geldt indien en voor zover de rechter-commissaris inhoudelijk op de hoogte moet worden gebracht in verband met het uitoefenen van zijn wettelijke taken, zoals neergelegd in de Faillissementswet.

Kosten
De kosten van de mediation worden in principe gelijkelijk tussen partijen gedeeld. Partijen kunnen hierover andersluidende afspraken met elkaar maken.

Deelnemende mediators
In deze pilot is gekozen om ook curatoren uit het Haagse arrondissement als mediator in te zetten. Bij de evaluatie zullen partijen hun keuze voor een bepaalde mediator kunnen toelichten. Het is de bedoeling inzicht te krijgen in de wenselijkheid van inzet van actieve curatoren.

Deelnemende mediators zijn MfN-registermediators en staan ingeschreven bij de Raad voor Rechtsbijstand. Ze hebben ruime ervaring op het gebied van zakelijke mediations en een voor faillissementen relevante achtergrond. Zij zijn in staat en beschikbaar om partijen actief te begeleiden naar een oplossing die voldoende recht doet aan de wederzijdse belangen.

Op de lijst is een co-mediator opgenomen, die enkel samen met een andere deelnemende mediator mediations doet. Een co-mediator houdt zich eveneens aan de regels van de MfN. Ook deze co-mediator heeft ruime ervaring met zakelijke geschillen en faillissementen.

Voor de (co-)mediators die tevens curator zijn geldt dat ze geen mediations doen in insolventiezaken van kantoorgenoten.

Kortlopend traject
Mediation is in beginsel een kortlopend traject waarin voor de deelnemers snel duidelijk wordt of het geschil door middel van mediation kan worden opgelost. De mediator bespreekt aan het einde van iedere bijeenkomst met partijen of het vervolgen van de mediation nuttig is, waarbij ook de kostenafweging een rol speelt.

Protocol

Bij Mediation in Insolventiezaken bij de rechtbank Den Haag geldt het volgende.

Doorverwijzing op de faillissementszitting

  1. Indien een partij bij een verzoek dat verband houdt met een faillissementsaanvraag meent dat een geschil zich zou kunnen lenen voor oplossing via mediation meldt hij dat aan de rechter van de faillissementszitting. De rechter neemt dan contact op met het Mediationbureau. Hij kan dat ook doen als hij daar ambtshalve aanleiding toe ziet.
  2. Het verdere verloop volgt de route van een gewone doorverwijzing, zij het naar een pilotmediator.

    Doorverwijzing in insolventiezaken
     
  3. Indien de curator meent dat een geschil in een insolventiezaak zich zou kunnen lenen voor oplossing via mediation neemt hij contact op met de rechter-commissaris.
  4. Indien de rechter-commissaris meent dat een geschil in een insolventiezaak zich zou kunnen lenen voor oplossing via mediation neemt hij contact op met de curator.
  5. Ook een andere partij bij een geschil in een insolventiezaak kan het initiatief tot mediation nemen. Hij neemt contact op met de curator of met het Mediationbureau van de rechtbank.
  6. Indien de curator bereid is deel te nemen aan mediation en de rechter-commissaris daarvoor toestemming geeft, informeert de curator of, als anders is overlegd, de rechter-commissaris het Mediationbureau van de rechtbank.
  7. Nadat het Mediationbureau bericht als bedoeld onder 5 of 6 heeft ontvangen informeert het bureau de andere partij telefonisch over de wens om mediation in te zetten om tot een oplossing te komen. Het Mediationbureau licht de werkwijze toe en geeft de partij een reactietermijn van vijf werkdagen. De rechter-commissaris kan bepalen dat niet het Mediationbureau maar hij zelf het voorstel aan de wederpartij doet. De rechter-commissaris doet dat voorstel enkel schriftelijk.
  8. a. Bij een positieve reactie bespreekt het Mediationbureau met de curator en de andere partij de mediatorkeuze op basis van de lijst van deelnemende mediators en plant een eerste afspraak bij de gekozen mediator. Ook stuurt het Mediationbureau partijen alle relevante informatie toe, waaronder de voorbeeld mediationovereenkomst.
    b. Bij een negatieve reactie stuurt het Mediationbureau hierover bericht aan de rechter-commissaris. Daarbij wordt tevens de reden gegeven voor het niet deelnemen aan mediation. Het Mediationbureau kan, als het daartoe redenen ziet of op verzoek van de rechter-commissaris, partijen alsnog trachten te bewegen mediation te proberen.
  9. Indien alle partijen willen deelnemen aan het mediationtraject gaat dit traject van start, waarbij tijdens de eerste bijeenkomst de mediationovereenkomst wordt getekend. In de mediationovereenkomst is ook opgenomen op welke wijze de kosten van de mediation tussen partijen worden verdeeld.
    Deze kosten worden veelal gelijk over partijen verdeeld, maar andersluidende afspraken zijn ook mogelijk.
  10. a. De rechter-commissaris is geen partij bij de mediation. De curator zal op verzoek van de rechter-commissaris of eigener beweging tussentijds mondeling kunnen rapporteren en overleg plegen met de rechter-commissaris en heeft diens goedkeuring nodig voor het aangaan van een vaststellingsovereenkomst. De rechter-commissaris is niet gehouden aan de geheimhouding indien en voor zover dit in strijd zou zijn met het uitoefenen van zijn wettelijke bevoegdheden. Partijen en de mediator dienen hiermee rekening te houden.
    b. Mediators die meedoen aan de pilot verplichten zich hierover een bepaling op te nemen in de mediationovereenkomst, te weten:

    “Het is partijen bekend dat de curator in faillissementen voor het aangaan van een vaststellingsovereenkomst de goedkeuring nodig heeft van de rechter-commissaris. De curator is in zoverre jegens de rechter-commissaris niet aan de overeengekomen geheimhouding gebonden. Tijdens de mediation wordt besproken of en welke feiten, gegevens of voorstellen de curator uit eigen beweging zal bespreken met de rechter-commissaris. Indien het voor de toezichthoudende taak van de rechter-commissaris van belang is, zal hij de curator nadere inlichtingen kunnen vragen ter waarborging van het mediationtraject en de belangen van de gezamenlijke crediteuren. De curator zal die moeten verstrekken, waarbij de communicatie tussen curator en rechter-commissaris vertrouwelijk is.”.
     
  11. Na afloop van de mediation vullen partijen en de mediator een evaluatieformulier in. Deze formulieren worden toegezonden aan  het Mediationbureau. De daarin gegeven informatie wordt vertrouwelijk behandeld, maakt geen deel uit van het faillissementsdossier en wordt gebruikt om de pilot te evalueren en de verwijzingsvoorziening zo mogelijk te verbeteren.
  12. De goedgekeurde vaststellingsovereenkomst blijft berusten onder partijen. Slechts voor zover dat voor het verkrijgen van de goedkeuring nodig was of in het kader van de toezichthoudende taak van de rechter-commissaris nodig is, wordt die overeenkomst aan het faillissementsdossier toegevoegd.
  13. Indien partijen executoriale kracht aan de overeenkomst toegekend willen hebben, maken zij daarover in de overeenkomst afspraken. De rechter-commissaris of het Mediationbureau hebben daarin geen bevoegdheid of ro

Team Insolventie
mr F.M. Verburg, senior juridisch medewerker f.verburg@rechstpraak.nl
 

Mediationbureau
Mw. mr. E.G. Starrenburg
Dhr. R.P. van Heck
(senior) mediationfunctionarissen
Tel. 06 11030924
mediation.rb.denhaag@rechtspraak.nl